STIFF LITTLE FINGERS (4AD, 21 april 2013)

Gebruikersavatar
Guess Who s Ozzy
Popstar
Berichten: 307
Lid geworden op: wo 13 feb 2008, 13:38
Locatie: Aarsele / Guess Who

STIFF LITTLE FINGERS (4AD, 21 april 2013)

Bericht door Guess Who s Ozzy »

STIFF LITTLE FINGERS, 4AD, Diksmuide, 21 april 2013

"The Irish Clash nog niet rijp voor het museum"

In het Belfast van eind jaren ’70 had je als street kid op zoek naar wild muzikaal vertier maar weinig andere opties dan de militante en licht ontvlambare punk van STIFF LITTLE FINGERS. Wie zichzelf een beetje ernstig neemt als muziekliefhebber heeft op zijn minst één van de drie essentiële platen van dit viertal in huis: het rauwe debuut ‘Inflammable Material’ (‘79), de gepolijste maar zo mogelijk nog betere opvolger ‘Nobody’s Heroes’ (‘80) en de legendarische live schijf ‘Hanx!’ (‘80). Daarna leek het heilige vuur wat geblust, en dook de band onder leiding van de politiek incorrecte brulboei Jake Burns eerder sporadisch en in tal van verschillende bezettingen nog eens onder de spotlights.
Met de terugkeer van originele bassist Ali McMordie ligt Stiff Little Fingers de jongste jaren opnieuw goed in de markt van het live circuit. Om de opnames van de sinds lang aangekondigde nieuwe plaat te financieren trekt het Noord-Ierse gezelschap deze lente in full force door Europa. Lucky bastards als we zijn konden we een kaartje verzilveren voor de laatste avond van de ‘Up A Gear’ tour in de jarige 4AD club.

De hamvraag bij uitstek blijft of strijdvaardige bands als Stiff Little Fingers na al die decennia hun idealen nog geloofwaardig kunnen neerzetten, en welke songs de tand des tijds hebben doorstaan. Op die laatste vraag kregen vooral de talrijk opgekomen veertigers en vijftigers prompt een niet mis te verstaan antwoord. Oudjes “At The Edge” en “Wasted Life” werden retestrak en melodieus geserveerd, en brachten al meteen enige beweging in de voorste rijen. De grove korrel in de schuurpapieren strot van Jake Burns is met de jaren wel flink wat afgesleten, met als logisch gevolg dat songs uit de eerste platen een pak minder gevaarlijk en baldadig klinken als in ’79. Gebleven zijn de vinnige commentaren van de frontman op alles wat ruikt naar sociale onderdrukking en politieke hypocrisie, zelfs op de vrij potige nieuwe nummers zoals “Trail Of Tears” en “Welcome To The Liars Club”.
Vooral in hun begindagen kreeg Stiff Little Fingers door de Engelse muziekpers wel eens de nickname ‘The Irish Clash’ opgespeld. De groep liet die vergelijking allesbehalve aan zijn hart komen, temeer er toen wel meer groepjes kwamen boven drijven die zich bedienden van working class punk en een vleugje ska. Burns & co werden uiteindelijk dikke maatjes met wijlen Clash opperhoofd Joe Strummer, en droegen ook in de 4AD hun gevallen kompaan een warm punkhart toe getuige het ontwapenende “Strummerville”. Ook de olijke vrienden van The Specials kregen met een vertimmerde versie van hun “Doesn’t Make It Alright” een eresaluut. Het werd zo mogelijk nog luchtiger toen ook “Barbed Wire Love” uit de debuutschijf ‘Inflammable Material’ werd opgevist, volgens Burns één van de weinige pogingen van Stiff Little Fingers om een love song te schrijven die uiteindelijk een soort kruisbestuiving tussen punkrock en doowop opleverde.

Niet dat er tijdens de eerste concerthelft niets opwindends te beleven viel, maar ergens hadden we toch de indruk dat de groep zich een beetje had gespaard voor een soort grand final tijdens het laatste halfuur. Net voor de bisronde hadden de punkveteranen al een eerste splinterbommetje gedropt met een snedige versie van hun allereerste single “Suspect Device”. Vlak daarna werden de encores afgetrapt met alweer een tribute song, dit keer aan het adres van hun semi-legendarische tijdsgenoten The Ruts wiens “Staring At The Rude Boys” van onder het stof werd gehaald. Met een militant “Tin Soldiers” en hun all-time signature song “Alternative Ulster” werden de laatste adrenalinestoten uitgedeeld.

Slotsom: Stiff Little Fingers is meer dan een museum voor en door overjaarse punkrockers. Hun arsenaal aan klassiekers in het genre blijft onaangetast, en alhoewel de nieuwe songs een paar versnellingen lager schakelen blijft hun onderliggende boodschap brandend actueel.

Als opwarmer van dienst kregen we het Westvlaamse UNWANTED TATTOO voorgeschoteld. Aan het roer van dit kwartet staan twee ‘ervaren’ dames op gitaar en bas die samen met hun twee mannelijke kornuiten ons een heerlijk potje psychobilly voorschotelden. Referenties naar The Cramps waren bijwijlen wel erg duidelijk, inclusief de obligate tijgervelletjes, maar het speelplezier droop er zo van af dat je dit moeilijk een bezwaar kon noemen.


Binnenkort ook na te lezen (met foto's) op http://www.musiczine.net
Plaats reactie